1 oktober 2015

Spreektekst algemene beschouwingen, begroting 2016

Van wie is onze stad? Afgelopen zomer kwam ik terug van vakantie en toen ik Utrecht naderde, zag ik de Dom in de verte boven de stad uittorenen. Ik moest denken aan de Utrechters die fijn door de stad zouden slenteren genietend van het mooie weer. Mensen van wie je aan de buitenkant niet altijd kan zien of ze een baan hebben of geld om ook op vakantie te gaan.

Ik moest denken aan de mensen die zorgen voor hun moeder en daarnaast nog hun gezin runnen. Ik moest denken aan de nieuwe lichting studenten die rond de tijd dat ik de stad binnenreed aan de poorten van de stad kloppen om te studeren voor hun toekomst en, als ze geluk hebben, hier een kamer bemachtigen. Ik moest ook denken aan bewoners van wijken waar de gemiddelde levensverwachting twaalf jaar lager is dan in de meer welvarende wijken. Toen vroeg ik mij af, van wie is onze stad eigenlijk? Blijkbaar minder en minder van de mensen aan wie ik moest denken. Utrecht maken we samen, is het motto van het college. De PvdA-fractie ziet daar weinig van terug in het beleid.

De verschillen tussen mensen in de stad worden groter. Dat zie je misschien niet als je een kop koffie drinkt op een terras. Achter de mooie plaatjes van Utrecht, zoals onze trappen op het Jaarbeursplein, het nieuw ontwikkelde Cereol of de oude Neerlandia fabriek gaan de verhalen van Utrechters schuil, gelukkig zijn die verhalen vaak prachtig. Want de stad emancipeert: vakkenvullers worden onderwijzer of ondernemer, studenten worden advocaat of onderzoeker, vluchtelingen worden timmerman of arts. Naast deze succesverhalen kennen we ook de verhalen van mensen met wie het even niet zo goed gaat. Ouders die hun kind in de criminaliteit zien afglijden en radeloos zijn, een dame op leeftijd die vanwege de hoge zorgkosten de maagzuurremmers niet kan betalen of kinderen die als enige van de klas niet meekunnen op schoolreis. Ook die verhalen van armoede, frustratie en ongelijke kansen horen bij onze stad. Mijn vraag vanavond is, wat doen we daaraan? Is onze stad ook van en voor hen? Mijn fractie is nog steeds hoopvol over de mogelijkheden die dit college heeft om ervoor te zorgen dat iedereen in deze stad het beste uit zichzelf kan halen. En dat we omkijken naar mensen met wie het even wat minder gaat.

In deze algemene beschouwingen geef ik op gebied van werk, zorg wonen en vluchtelingenopvang voorbeelden waar de Partij van de Arbeid ziet dat het beter moet.

Werk

Het laagste percentage werkloosheid van Nederland blijkt een farce. In de begroting wordt gegoocheld met cijfers en de definitie laagste werkloosheid. Wie denkt het college hier voor de gek te houden? Een onderschatting van de gemeenteraad en minachting van de Utrechters. Utrecht staat 343ste op de ranglijst van 403. Dat is de werkelijkheid en dat we nummer één worden is geen haalbare kaart.

De PvdA steunt het doel overigens van harte. Voldoende werk voor iedereen. Dus ook voor mensen met een arbeidshandicap die graag een echte baan hebben en niet werk met behoud van uitkering. Garantiebanen, social return, en aanpak van discriminatie zijn nodig om alle mensen op de arbeidsmarkt een plek te geven.

Naast voldoende werk wil de PvdA ook eerlijk en goed werk: schijnconstructies aanpakken, loon op een zodanig niveau dat je voor jezelf kan zorgen, een beschutte werkplek voor wie dat nodig heeft. En hoe zit het met het % flexwerkers in het Klantcontact Centrum? De afgesproken 30% wordt bij lange niet gehaald. Mooi dat de gemeente met de tijd meegaat en Utrechters de kans biedt om via twitter en what’s-app contact op te nemen. Maar de mensen die dit goede werk doen willen ook de zekerheid van een arbeidscontract.

Armoedebeleid

Het armoedebeleid gaat op de schop. Ook de PvdA vindt vereenvoudiging van regels en verminderen van formulieren nodig. De steun moet terecht komen op de plek waar dat nodig is; niet bij de mensen die het beste formulieren in kunnen vullen.

In de nieuwe plannen verliezen instellingen als de Voedselbank, Stichting Leergeld en Dress for Succes structurele steun van de gemeente. Voedselbanken opheffen zou fantastisch zijn, maar dan wel als er een alternatief is of – nog beter – als ze helemaal niet meer nodig zijn. De voedselbanken zouden zelf op zoek moeten naar middelen en sponsoring moeten overwegen. De steun intrekken zou slopen wat vrijwilligers jaren lang hebben opgebouwd. Ik vraag me dan af: Leven we in de Verenigde Staten? Waar goede doelen op de gunst van rijken zijn aangewezen? Of leven we in Utrecht, een sociale stad waar we mensen niet uit de prullenbak laten eten.

Van de aantrekkende economie moet iedereen meeprofiteren. Zeker ook de mensen die het hardst hebben geleden tijdens de crisisjaren.

De 7000 mensen in onze stad die helaas langdurig in de bijstand zitten krijgen in de toekomst alleen extra ondersteuning bij zogenaamde life events. Ik dacht even dat we ze naar het Beatrixtheater zouden sturen voor een live voorstelling. Het blijkt te gaan over verhuizen, trouwen of het krijgen van een kind. Dat riep bij mijn fractie de vragen op: welke life events heeft een dame van 65 nog? Er zijn gezinnen die door deze plannen er 125 euro per maand op achteruit gaan. Wordt dit straks door GroenLinks of de SP gerepareerd, zoals zij in de krant beloofde? Ik ben benieuwd. De PvdA vreest dat onder dit liberale college het armoedegeld niet op de plek terecht komt waar dit het meeste nodig is. En vergeet niet: door de koek eerlijker te verdelen, wordt deze ook groter. (OECD, 2015, In It Together: Why Less Inequality Benefits All)

Zorg

In de zorg is dit jaar niet de hel uitgebroken die sommigen hadden voorspeld. Een pluim voor de mensen die in de uitvoering van de buurtteams, huishoudelijke hulp, begeleiding etc. heel hard werken voor hun cliënten. De vraag is wel of ze het allemaal nog aan kunnen nu er steeds meer taken op de buurtteams afkomen.  Is er voldoende expertise voor zware problematiek? Bijvoorbeeld bij de aanpak van kindermishandeling en schuldhulpverlening.

Al jaren achtereen blijft er geld op de plank van de Wmo liggen voor de verstrekkingen. Onze fractie krijgt signalen binnen dat er in de uitvoering wordt aangestuurd op bezuinigingen, terwijl de gelden blijven liggen. Dit betekent in de praktijk dat mensen niet krijgen wat zij nodig hebben. Wij kennen bijvoorbeeld meerdere mensen die niet de juiste rolstoel krijgen. Daar gaat je participatie! Dat kan echt niet. Het beloofde maatwerk voor hulpmiddelen, huishoudelijke hulp en de cliëntondersteuning is nog niet op orde. De procedurekosten voor rechtszaken lopen op. Geld dat in zorg moet worden gestoken maar nu naar advocaten gaat.

In gesprek met zorgprofessionals en bewoners in Overvecht, de wijk met landelijk de hoogste zorgkosten per bewoner, hoorden we dat specialistische zorg nog te weinig wordt ingezet. Zorgprofessionals vinden elkaar niet, omdat ze te weinig ruimte hebben voor samenwerking. Zorg en welzijn hebben elkaar nu nodig. De gemeente trekt zich steeds meer terug uit de wijken, terwijl de uitvoering nog aan het ontwikkelen is. Bij de commissiebehandeling zullen we hierover voorstellen indienen.

Wonen

Dit college heeft ervoor gekozen om de gerichte wijkaanpak te stoppen. Onbegrijpelijk. In de begrotingstekst noemt het college het risico op tweedeling in de stad. Ik zou zeggen: doe er dan ook wat tegen! De klachten over gesplitste woningen en het effect op een woonstraat serieus nemen bijvoorbeeld. Of zorg ervoor dat begeleid wonen, zoals Skaeve Huse, goed wordt geregeld. Of volg Portaal, die zelf hebben besloten sociale huurwoningen uit de verkoop te nemen. We moeten ervoor te zorgen dat er voldoende betaalbare huurwoningen blijven. Net zoals we moeten zorgen dat alle buurten voorzieningen houden zoals een buurthuis of een plek waar kinderen cultuur kunnen opsnuiven of kunnen sporten.

Behalve over een probleem willen we ook spreken over een kans. We zijn blij dat na de oproep van CU en PvdA de Jaarbeurs opvang heeft georganiseerd. Zij hebben daarmee hun hart laten spreken, net als al die Utrechters die pakketten en slaapzakken hebben ingezameld. Zij geven Utrecht een sociaal gezicht. Daarnaast moeten we ons hoofd gebruiken bij voorkomen en oplossen van de problemen. We moeten vast vooruit kijken: kinderen moeten naar school, mensen willen werk en een bijdrage leveren aan onze samenleving. Zij hebben zorg nodig en willen een toekomst opbouwen. Graag betrekken we de buurt erbij, om de zorgen van mensen serieus te nemen. Alleen zo houden we draagvlak in de samenleving.

Want het woord ‘samen’ in het motto van het college, betekent dat de stad ván iedereen en vóór iedereen is. Dus ook voor mensen die in een achterstandswijk wonen, ook voor vrijwilligers die de voedselbank bemannen en spullen inzamelen voor vluchtelingen, ook voor mensen met een arbeidshandicap. Pas als alle Utrechters de kans krijgen om het beste uit zichzelf en uit de stad te halen, maken we Utrecht samen.

Waar ben je naar op zoek?