Het goede gevoel
Deze column werd uitgesproken door Sven van den Berg tijdens Hét Rode Café van 12 januari 2015.
Ik kan niet anders concluderen dan dat de sociaaldemocratie en de waarden die daarbij horen, springlevend zijn in Nederland. Met het Van waarde rapport zijn we hier nogmaals op gewezen. Maar eigenlijk had ik Van Waarde niet nodig om dat te beseffen. Je hoeft in Utrecht maar een willekeurige wijk buiten de singel in te lopen je ziet al dat dit het geval is. Ook tijdens het canvassen hoor je talloze verhalen waar de behoefte aan sociaaldemocratie vanaf spat. Hoe kan het dan dat de PVDA, van oudsher toch de partij die pretendeert de sociaaldemocratische waarden te vertegenwoordigen, historisch laag in de peilingen staat? Dit is een vraag die moeilijk te beantwoorden is. Zeker omdat je van de wijs kan worden gebracht doordat in 2012 nog een groot deel van de Nederlandse bevolking achter Diederik Samsom en zijn kompas ging staan. Maar het is een belangrijke vraag en ik ben dan ook niet de eerste die hem stelt. Ik denk ook dat het iets te ambitieus is om deze vraag vanavond voor iedereen te beantwoorden. Daarom neem ik mezelf als referentiekader.
Als van huis uit rood geïndoctrineerde burger is het namelijk lastig toegeven dat je wel begrijpt dat sommige mensen het op dit moment niet meer in onze partij zien zitten. Want dat begrijp ik wel. Ik heb weinig begrip voor mensen die het huidige kabinet straffen voor bepaalde impopulaire maatregelen, want elk kabinet moet in moeilijke tijden harde beslissingen kunnen nemen. Een kabinet daar op afstraffen is in mijn optiek kortzichtig. Waar ik wel begrip voor heb zijn de mensen die af zijn gehaakt omdat ze het goede gevoel bij onze partij zijn kwijtgeraakt. Dat klinkt wellicht wat zweverig, het goede gevoel, maar dat is volgens mij wel waarom mensen vroeger veel constanter onze partij konden vinden. Mijn opa en oma stemden altijd PVDA, omdat ze wisten wat ze aan die partij hadden. Zij vertrouwden erop dat de PVDA in welke discussie dan ook, of het nou om de zorg, de pensioenen, wonen of de sociale zekerheid ging, het sociaal –democratisch geluid zou laten horen. Zelfs in discussies waar zij totaal geen weet hadden, gaven zij de PvdA blindelings het mandaat om hun belangen te vertegenwoordigen. Een vanzelfsprekendheid als hun hele leven samen doorbrengen, ontbijten om 07:30, koffie om 10:00, eten om 18:00 en op vakantie in een Volkswagen Golf, want die gaat nooit stuk. Bij de PVDA zat het goed.
Helaas is die vanzelfsprekendheid in de huidige tijd weg. Dat komt deels doordat het politieke landschap is veranderd, maar naar mijn idee ook doordat de PVDA op dit moment het vertrouwen dat zij van de generatie van mijn opa en oma kreeg niet meer genoeg verdient. Ik was enorm enthousiast toen Diederik Samsom in 2012 zijn kompas presenteerde. Mijn interpretatie daarvan was dat hij besefte dat er moeilijke tijden aan zouden komen, met keuzes die je liever niet maakt, maar het sociaaldemocratische kompas zou altijd raad geven. En mensen begrepen dat. Zij begrijpen dat niet iedereen er op vooruit kan gaan en dat je de staatsfinanciën niet in de hand kan houden zonder dat mensen daarvoor moeten inleveren. Dat is volgens mij dus ook niet geheel de reden van de neerwaartse spiraal waarin de partij in terecht is gekomen. De belangrijkste reden is dat mensen niet meer het gevoel hebben dat er aan hen wordt gedacht als deze beslissingen worden genomen. Mensen willen op een partij van de arbeid stemmen die in alle discussies die zij voert in de politieke arena hun belangen vertegenwoordigt. Dat vertrouwen hebben ze op dit moment niet en ik kan me daar wel iets bij voorstellen als ik de beelden van gestrest Den Haag voorbij zie komen ten tijde van de totstandkoming van bijvoorbeeld het houtje-touwtje zorgakkoord. Mensen zien daar toch vooral een strijd van politici die erg druk met elkaar zijn om tot een akkoord te komen wat een doel op zich is geworden. Daar zijn ze niet voor naar de stembus gegaan. Daarom hebben ze hun vinkje niet bij Samsom gezet.
De PvdA moet naar mijn idee terug naar het kompas waar Diederik 2 jaar geleden mijn hart en het hart van velen mee heeft weten te winnen. In de huidige gefragmenteerde politiek, kun je niet altijd 100% je zin krijgen. Een zeker vorm van pragmatisme en flexibiliteit is dus gewenst. Dit kan je ook best aan kiezers uitleggen. Maar zorg wel dat je het weer verdient om van mensen het blinde vertrouwen te krijgen. Hoe? Het rapport Van Waarde en boeken zoals die van dhr. Schuurman Hess die we vandaag bespreken hebben het al voor een deel op papier gezet voor ons. Nu is het aan de landelijke en lokale politici om daar iets mee te doen en het vanzelfsprekende vertrouwen terug te winnen. Wat mij betreft overigens met de huidige partijleider. Bij een partij om op te bouwen, hoort een vertrouwd gezicht. Een partijleider is geen voetbaltrainer. Persoonlijk ben ik nog steeds blij dat onze partij meekijkt en meebeslist als de grote thema`s voorbij komen in Den Haag. En van de uitslag van 2012 leid ik af dat de PvdA absoluut nog in de harten van veel Nederlanders zit. Het is dan ook onze plicht om deze mensen niet teleur te stellen. Wat mij betreft dus: op naar het goede gevoel.
Dank u.