Zorgelijke signalen over jeugdzorg
Enkele weken geleden organiseerde ik met een aantal Utrechtse PvdA-leden een bijeenkomst over de zorg voor jeugd in onze stad. Doel van de bijeenkomst was de knelpunten in kaart brengen en horen van ouders, organisaties en professionals welke problemen zij ervaren in de zorg voor jeugd. Hun kennis en ervaring is essentieel voor eventuele oplossingen. Tijdens deze bijeenkomst zijn een aantal verontrustende signalen naar boven gekomen. Er zijn organisaties die jongeren geen aanvullende hulp bieden omdat zij geen dagbesteding hebben, de samenwerking tussen hulporganisaties in de wijk laat te wensen over, het intercultureel werken komt niet van de grond, de expertise op belangrijke gebieden zoals kindermishandeling ontbreekt en het probleem van het ‘gat’ tussen 18- en 18+ jongeren is nog steeds een probleem. In het inspectierapport van de jeugdzorg van afgelopen februari constateert de inspectie dat Utrecht op een aantal punten onvoldoende scoort. Daar komt nog eens het zorgelijke nieuws bij dat Intermetzo, een van de grootste jeugdzorginstellingen van het land, failliet dreigt te gaan.
Ook de Kinderombudsman kwam onlangs tot zorgwekkende conclusies. Hij deed onderzoek naar de gevolgen van de overgang van de jeugdhulp naar gemeenten in 2015. Kinderombudsman Marc Dullaert constateerde dat er zorgen blijven over de deskundigheid van de wijkteams en het gebrek aan inzicht van de gemeenten over wat er nodig is aan jeugdzorg. De wachtlijsten groeien en de werkdruk voor professionals in het wijkteam ook. De toegang tot de jeugdhulp is volgens Dullaert nog steeds te problematisch.
Allemaal redenen voor de PvdA Utrecht om de volgende vragen aan het college te stellen:
1) Kan het college aangeven waarom sommige (aanvullende zorg) organisaties jongeren die geen dagbesteding hebben niet willen helpen? Bent u het met de PvdA eens dat dit een zeer onwenselijke situatie is en dat dit uiteindelijk voor meer problemen zorgt?
2) Heeft het college zicht op hoeveel jongeren er op dit moment thuis zitten en geen dagbesteding hebben (dus ook geen onderwijs)? Zo ja, hoeveel jongeren zijn dit en welke acties zijn/worden ondernomen om deze jongeren te helpen hun leven weer op orde te krijgen? Zo nee, bent u bereid dit te onderzoeken? Zo nee, waarom niet?
3) Bent u bereid om deze zorg partners tot orde te roepen, zeker gezien het feit dat het college deze partners financiert?
Het is bekend dat sommige allochtone gezinnen zijn bang om hulp te zoeken bij de jeugdhulp. Het beeld bestaat dat, zodra er hulp wordt ingeschakeld, kinderen uit huis worden geplaatst. Hierdoor komen deze gezinnen pas in beeld als het veel te laat is. Mijn fractie heeft daarom al vaak gepleit voor multiculturele teams die een vertrouwensband kunnen opbouwen met de gezinnen waar dit speelt. Het college heeft meerdere malen aangeven hiermee aan de slag te gaan het is tot op dit moment niet gelukt dit op een effectieve manier te doen. Nog steeds zijn de meeste teams niet intercultureel. De PvdA heeft diverse mensen gesproken met een allochtone achtergrond die gesolliciteerd hebben maar niet uitgenodigd zijn.
4) Tijdens de recente sollicitatierondes zou er ook nu weer met nadruk gelet worden op het interculturele aspect. Kan het college aangeven hoeveel mensen van allochtone komaf hebben gesolliciteerd? Dit is bij de betreffende organisaties bekend. Kun u aangeven hoeveel mensen er met een allochtone achtergrond uiteindelijk aangenomen zijn? Hoe verklaart u dit grote verschil? Hoe gaat het college er voor zorgen dat het intercultureel werken nu wel van de grond komt?
5) Bent u het met de PvdA Utrecht eens dat als wij zo doorgaan de allochtone groepen niet goed bereikt worden en dat dit grote gevolgen kan hebben voor zowel de gezinnen, de kinderen als de maatschappij? Zo nee, waarom niet?
6) Bent u het met de PvdA eens dat de manier van bekostiging van de aanvullende zorgpartners soms kan leiden tot perverse prikkels, in de zin van dat organisaties de “vol is vol deze maand” regel hanteren? Zo ja, wat gaat het college hier aan doen? Zo nee, waarom niet?
7) Kan het college aangeven hoeveel wachtlijsten er op dit moment precies zijn bij de buurteams jeugd en bij de aanvullende zorg en hoelang de wachttijd bedraagt? (graag concreet met cijfers)
8) In het inspectierapport jeugdzorg* (22 april 2016) scoort Utrecht op een aantal punten onvoldoende. Heeft het college kennisgenomen van het rapport? Kan het college aangeven (per onvoldoende) welke acties er ondernomen gaan worden om deze onvoldoendes te verbeteren? Zo nee, waarom niet?
9) Regelmatig heeft de PvdA gevraagd om extra inzet op signaleren, expertise en samenwerken op het gebied van kindermishandeling. Het college heeft toegezegd naar deze punten te kijken en de samenwerking te gaan zoeken met Nederlands Forensisch Instituut (NFI). Zij spelen een zeer belangrijke rol in het aanpakken van kindermishandeling. Kan het college aangeven wat met deze toezegging is gedaan en wat voor concrete acties hieruit zijn gekomen. Zo nee, waarom niet?
10) Ook heeft de PvdA met enige regelmaat aandacht gevraagd voor het ‘gat’ tussen 18- en 18+ jongeren. Het college heeft in verschillende debatten hierover toegezegd dat zij er op zal toezien dat deze problemen niet meer zullen voorkomen door betere samenwerking tussen de organisaties. Kan het college aangeven welke acties hierop ondernomen zijn? Hoe is nu de overgang van hulp aan minderjarigen naar meerderjarigen geborgd?
11) Gisteren is het bericht naar buiten gekomen dat Intermetzo op de rand van faillissement staat. Kan het college aangeven wat dit betekent voor de hulp aan Utrechtse kinderen en jongeren? Welke maatregelen heeft het college genomen om deze jongeren niet de dupe te laten zijn van het dreigende faillissement?
12) Zijn er meer organisaties in Utrecht die zich bezighouden met jeugd (zorg) die in financiële problemen dreigen te raken? Zo ja, welke zijn dit?
Voor vragen kan je contact met me opnemen via [email protected] of 06-23121444
Volg me op twitter: @BouchraDibi